Titel project:

Beneficiaire:

Gevraagd bedrag:

Plaats:

Scholieren Opvang Sabou fase 2

Stichting Faag Taaba                                     

36907 euro

Sabou, Burkina Faso

2020-07 Scholieren Opvang Sabou fase 2

 

In het stadje Sabou in Burkina Faso, op ongeveer 80 km afstand van de hoofdstad Ouagadougou, is in 2006 de Stichting Faag Taaba opgericht door 12 jongeren om de meest kwetsbare kinderen waaronder veel kinderen met één of geen ouder, uit de gemeente een kans op een schoolopleiding te bieden en ze daarvoor aan onderdak te helpen nabij hun school. Alassane Kaboré is de stuwende kracht achter Faag Taaba. Hij is voorzitter van het bestuur en coördineert de activiteiten met 2 vrijwilligers. Alassane is getrouwd en vader van 4 kinderen. Ook de kinderen van zijn overleden broer wonen bij hem. Alassane is beeldend kunstenaar en maakt met name bronzen beeldjes.

 

 

 

In de omliggende dorpjes van de gemeente Sabou zijn weinig (middelbare) scholen. Burkina Faso is nog altijd een zeer arm en onderontwikkeld land, met name het platteland. De bevolking wordt dit jaar geschat op 21,5 miljoen inwoners. 47% van de bevolking is jonger dan 15 jaar, 80% is afhankelijk van de landbouw. Als je jong bent en je komt uit een arm plattelandsgezin, dan is het knokken voor je toekomst. Het verbouwen van granen gebeurt nog met mankracht met soms een ploeg en met de klimaatveranderingen biedt de akkerbouw momenteel weinig perspectief voor de jeugd. Faag Taaba helpt de sociaal meest kwetsbare jeugd om een diploma te halen om ze daarmee een toekomst met perspectief te bieden.

 

 

 

 

De stichting is officieel erkend door de overheid sinds 2008.

In Sabou zijn ze de enige stichting die dit werk doet.

Ze werken samen met de gemeente en Sociale Zaken

betrekken de inwoners bij hun werk.

Ze zorgen er met name voor dat de familie

van de kinderen betrokken blijft.

In de schoolvakanties gaan de scholieren terug naar hun dorpen.

 

 

De scholieren

 

Afgelopen schooljaar 2019-2020 gingen 51 kinderen naar school

van oktober tot maart, toen de scholen moesten sluiten vanwege

de Corona crisis: 19 leerlingen zaten op de basisschool,

22 op de middelbare school en 10 kinderen zitten op de kleermakers opleiding.

20 kinderen wonen bij gastgezinnen in Sabou en 31 leerlingen wonen in het opvangcentrum, gebouwd aan de rand van het dorp Tanghin Woobdo behorend tot de gemeente Sabou, vlakbij een lagere en een middelbare school. 

                                                         

 

Ouagadougou, 10 juli 2020

 

Yessa Diarra, uitvoerend coördinator Burkina Faso Stichting MOP

Lenie Hoegen Dijkhof, bureau coördinator

 

Alleen de 6 leerlingen die in de examenklassen zaten maakten het volledige schooljaar af. De rest begint pas weer in oktober 2020.

 

 

Tot nu toe zijn 11 jongelui een zelfstandig bestaan begonnen: 2 als politieagent, 1 als sportleraar, 1 als lasser, 1 als monteur, 5 als kleermaker waarvan er 3 in loondienst werken en 1 is in opleiding voor brandweerman.

De huidige voorzieningen in het scholieren opvangcentrum

 

De kinderen logeren binnen een ommuurd terrein. Daarbinnen worden ook de vak trainingen voor kleermaker en zeepmaker gegeven.

 

Een aangrenzend open terrein is ook ommuurd en daar houden ze schapen en kippen die door de leiding en de leerlingen verzorgd worden. Een kleine Franse organisatie, opgericht door een Franse vrijwilligster nadat ze een aantal maanden in Sabou doorbracht, hielp in het begin met de bouw van de basisvoorzieningen van het opvangcentrum.

 

In 2016 voorzag de Franse stichting “Électricité sans Frontières” het centrum van enkele zonnepanelen waardoor ze verlichting (peertjes) in de slaapkamers en de andere lokalen hebben en er is watervoorziening voor drinkwater en tuinbouw dankzij de Stichting ZWO Geldrop en Wilde Ganzen.

De bevolking van het aangrenzende dorp en de lokale autoriteiten waarderen het initiatief en ondersteunen het centrum naar vermogen, vooral moreel en soms met giften in natura (rijst, gierst).

Het eten bestaat uit rijst, tô (soort griesmeelpap) van maïs of gierst, spaghetti en een saus van (blad) groenten, uien, pinda’s, tomatenpuree, soumbala (lokale boompit) met meestal wat gedroogde vis erin.

 

De naaste familie van de kinderen dragen bij met voedsel in natura, maar daar heeft het klimaat veel invloed op. Burkina Faso kent een droog en een nat seizoen. Als het weinig regent tussen juli en september, en dus de oogsten slecht zijn, dan kampt de bevolking met voedselschaarste. De graanschuren bij de mensen thuis raken leeg in de maand juni.

Het oogsten begint pas weer eind september en in Burkina Faso betekent deze periode voor de mensen op het platteland dat ze de broekriem moeten aantrekken, en dat terwijl ze heel hard moeten werken op de akkers. Voedselhulp is dit jaar hard nodig, met name in de Noordelijke streken waar terroristen de bevolking teisteren en honderdduizenden mensen op de vlucht sloegen.

Stichting Moeders’ Ontwikkelings Projecten (MOP) en Stichting Faag Taaba

 

Lenie Hoegen Dijkhof, dochter van Mop en Henk Hoegen Dijkhof, en Yessa Diarra, verzorgen samen respectievelijk de bureau coördinatie en de veldmonitoring op de uitvoering van de projecten van Stichting MOP in Burkina Faso. Sabou staat bekend om de “tamme” krokodillen die daar in een groot waterreservoir leven. Tijdens een bezoek aan deze toeristische attractie maakten Lenie en Yessa kennis met Alassane Kaboré. Stichting MOP kon in 2017, dankzij de giften van haar donateurs, de scholieren van Faag Taaba voorzien van schoolspullen en kleinvee (35 kippen, 10 schapen en 5 geiten) als inkomsten generend project. In 2018 schonk MOP 16 nieuwe matrassen. In 2019 bracht Werner Hoegen Dijkhof een bezoek aan het centrum. Hij was onder de indruk van het werk van Faag Taaba maar vond dat de huisvesting van de leerlingen in het opvangcentrum wel heel erg basaal was. De sanitaire voorzieningen voor 31 leerlingen bestond uit 3 latrines en 2 wasruimtes, alles in slechte staat. De slaapvoorzieningen waren overbevolkt en ze hadden geen enkele plek of meubilair voor ontspanning of huiswerk maken. Werner besloot actie te ondernemen om hun levensomstandigheden te verbeteren. Als ondernemer zijnde spoorde hij collega-bedrijven zich aan te sluiten bij het initiatief en zo kon MOP, mede dankzij de verdubbelingsactie met Wilde Ganzen in 2019 de 1 e fase van het project starten. Er werden twee sanitaire units bijgebouwd met elk 2 latrines en 2 toiletten, één voor jongens en één voor de meisjes, alle ruimtes betegeld.

 

 

 

Er kwam een “Apatame” waar de scholieren zich kunnen ontspannen en samen hun huiswerk maken.

 

De scholieren uit het dorp komen nu ook naar het centrum om samen de lessen te herhalen.

De keukenruimte werd vervangen en geplaatst vlakbij een boom zodat buiten in de schaduw van de boom gekookt kan worden.

 

Er kwamen bedden voor degenen die nog op de grond sliepen, tafels en stoelen.

 

En de fundatie werd gelegd voor een nieuw slaapgebouw wat nu in fase 2 van het project aan de beurt komt.

De weg naar zelfstandigheid

 

 

De eigen inkomsten van het centrum komen momenteel uit het maken van zeep, maar dat brengt hooguit 500 euro winst per jaar op. Het gefokte (klein)vee verkopen is nog in een beginstadium. De groentetuinen zijn in opbouw. Er worden zo allerlei initiatieven ontplooid door de leiding om zelfstandiger te worden.

 

 

 

Maar ze zijn nu nog voor een belangrijk deel afhankelijk van externe steun en dat zal nog enkele jaren zo blijven. De samenwerking met Stichting MOP en andere organisaties op de weg naar zelfstandigheid helpt de kinderen en jongeren die er nu zijn en vooral ook de kinderen die nog opgevangen moeten worden.

 

 

 

Voor Fase 2 hopen de Stichting Faag Taaba en de Stichting MOP de financiering te vinden voor de bouw en inrichting van een slaapzaal voor de meisjes, Bijgaand budget geeft een overzicht van de kosten voor deze ondersteuning.

 

 

 

We dienen ook voor fase 2 weer een aanvraag voor verdubbeling van de giften in bij Stichting Wilde Ganzen in Amersfoort voor de bouw en inrichting.

Hopend op uw steun, namens Alassane Kaboré, de kinderen en families en de leden van Faag Taaba,